Vakantie… eindelijk! Kort, maar ik had er zó naar uitgekeken: even helemaal genieten zonder werk, volleybal of computer – gewoon buiten zijn, de natuur in, en een nieuwe streek ontdekken.
Belgische vrienden van ons, echte Canada-fans, zouden deze zomer in de omgeving van Vancouver zijn. Voor ons is dat maar drie uur vliegen, dus we móesten gewoon iets regelen om elkaar te zien. Bram vond een huis voor ons in Madeira Park (Sunshine Coast), maar daar zouden we pas maandagavond afspreken. Vorige week zaterdag zijn we vertrokken, dus hadden we genoeg tijd om met z’n vieren Vancouver te verkennen.
Zaterdagnamiddag genoten we van een wandeling langs de waterkant en hebben we Gastown bezocht. Gastown is een van de oudste en meest karakteristieke wijken van Vancouver, en het staat bekend om zijn charmante mix van historische architectuur, gezellige straatjes, trendy boetieks, kunstgalerijen en veel restaurants en cafés. Het is eigenlijk ontstaan rond 1867, toen John “Gassy Jack” Deighton er een saloon opende — en zo kreeg de wijk zijn naam. Het beroemdste herkenningspunt van Gastown is zonder twijfel de stoomklok (steam clock). Die staat op de hoek van Cambie Street en Water Street en is wereldwijd een van de weinige overgebleven stoomklokken.
De volgende ochtend huurden we fietsen om Stanley Park te verkennen – echt een aanrader. Als je Stanley Park helemaal met de fiets rondrijdt, volg je de Seawall – een 9 km lange, autovrije route langs de kustlijn die het hele park omringt. Het is een van de mooiste fietstochten in Vancouver en ideaal om in 1 à 2 uur te doen. Je rijdt altijd met het water aan je zijde, en het uitzicht verandert voortdurend: van de glinsterende skyline in Coal Harbour tot de besneeuwde toppen van de North Shore Mountains in de verte.
We stopten even bij de kleurrijke totempalen van Brockton Point, fietsten langs de vuurtoren, en keken op tegen de imposante Lions Gate Bridge.